Raadsheren

1Koningen 4:1-6. Naar wie ga jij toe als je raad nodig hebt en waarom juist diegene(n)?

1 Salomo regeerde over heel Israël. 2 Dit waren zijn raadsheren: Azarja, de zoon van Sadok, was priester; 3 Elichoref en Achia, de zonen van Sisa, waren hofschrijver; Josafat, de zoon van Achilud, was kanselier; 4 Benaja, de zoon van Jojada, was opperbevelhebber van het leger; Sadok en Abjatar waren priester; 5 Azarja, de zoon van Natan, stond aan het hoofd van de stadhouders; de priester Zabud, de zoon van Natan, was de vertrouwensman van de koning; 6 Achisar was hofmeester; Adoniram, de zoon van Abda, was opzichter van de herendienst.

Welzalig de man die niet wandelt in de raad der goddelozen.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Zegen & vloek

Gemoed

Hart en ziel