Jong en oud
Job 32:6-14. Hoe is de relatie tussen jong en oud in jouw familie en kerk?
6 En Elihu, de zoon van Barachel uit Buz, nam het woord:
‘Ik ben nog jong, en jullie zijn oud,
daarom hield ik mij stil.
In jullie bijzijn durfde ik mijn mening niet te geven.
7 Ik zei bij mezelf: Laat de ouderdom spreken,
laat de jaren hun wijsheid verkondigen.
8 Maar het is de geest van God in de mens,
de adem van de Ontzagwekkende die inzicht brengt.
9 Niet de ouderdom maakt wijs,
de jaren leiden niet vanzelf tot een juist oordeel.
10 Daarom zeg ik: luister naar mij,
nu zal ook ik mijn mening geven.
11 Ik heb gewacht totdat jullie waren uitgesproken;
ik heb jullie redenaties aangehoord,
tot het jullie aan woorden begon te ontbreken.
12 Ik heb aandachtig geluisterd
en zag dat niemand Job terecht kon wijzen;
niemand kon weerleggen wat hij beweerde.
13 Maar zeg niet: “Wij hebben de wijsheid in hem gevonden;
alleen God kan hem weerspreken, niet een mens.”
14 Job heeft zijn woorden niet tot mij gericht
en ik zal hem niet op jullie manier antwoorden.
Kom, jong en oud, en ontvang de genade van God.
Reacties
Een reactie posten